top of page

Mes études
à l'Église

Placeholder Image

Apocalypse 1:1-7

Adresses, salutations

Placeholder Image

Apocalypse 1:4-6

Quel est l'objectif principal du livre de l'Apocalypse ?

Placeholder Image

Apocalypse 1:7-11

Texte, Questions et réponses

Ezau en Jakob

(Gen 25:19-26)
19Dit zijn de afstammelingen van Izak, de zoon van Abraham; Abraham verwekte Izak.
20Izak was veertig jaar oud, toen hij Rebekka, de dochter van Bethuel, de Syriër, uit Paddan-Aram, en de zuster van Laban, de Syriër, voor zich tot vrouw nam.
21Izak bad vurig tot de HEERE in het bijzijn van zijn vrouw, want zij was onvruchtbaar. En de HEERE liet Zich door hem verbidden, (Rom 9:10) zodat Rebekka, zijn vrouw, zwanger werd.
22De kinderen stootten in haar lichaam tegen elkaar. Toen zei zij: Als dit zo is, waarom overkomt mij dit? En zij ging de HEERE raadplegen.
23De HEERE zei toen tegen haar:

Er zijn twee volken in uw schoot,
en twee naties zullen (2 Sam 8:14) zich uit uw lichaam (25:23 lichaam - Letterlijk: ingewanden.) vaneenscheiden. Het ene volk zal sterker zijn dan het (Rom. 9:12) andere en de meerdere zal de mindere dienen.
24Toen nu de tijd om te baren voor haar aangebroken was, (25:24 de tijd … aangebroken was - Letterlijk: haar dagen om te baren voorbij waren.) zie, er was een tweeling in haar schoot.
25De eerste kwam tevoorschijn, rossig en helemaal behaard als een haren mantel; daarom gaf men hem de naam (Ezau 25:25) De naam Ezau kan in verband gebracht worden met het Hebreeuwse woord voor ‘haar’.
26Daarna kwam zijn broer tevoorschijn, terwijl zijn hand (Hos 12:4) de hiel van Ezau vasthield; daarom gaf men hem de naam Jakob. (25:26 De naam Jakob wordt in verband gebracht met het Hebreeuwse woord voor ‘hiel’.) Izak was zestig jaar oud bij hun geboorte.

Vragen: 
1.	Wie is Rebekka?

2.	Wat was haar probleem?

3.	Op welke manier gaat God dit probleem oplossen?

4.	Wat is jouw probleem?

5.	Op welke manier denk je dat God dit probleem kan oplossen?

6.	Moet jij iets doen om aan een oplossing mee te werken?

7.	Wie is Ezau?

8.	Wat betekent zijn naam?

9.	Waarom krijgt hij deze naam?

Johannes 3:1-16

Johannes 3:1-16

bottom of page